Zaterdag 15 december
Kerstconcert van Schola en Voces Cælestes
Op zaterdag 14 december, tegen het einde van de middag, gaven wij weer ons traditionele jaarlijkse Kerstconcert samen met de vrouwen van Voces Caelestes in de Dominicuskerk aan de Prof. Molkenboerstraat. Wat mij deze keer vooral opviel en geraakt heeft was de mooie opbouw van het concert.
Als opening klonken van achter uit de grote ruimte van de kerk, als vanuit het niets, de vrouwenstemmen met de antifoon ‘Ad te Domine levavi’. Deze roep om hulp werd een aantal keren herhaald, terwijl de stemmen steeds verder naar voren kwamen, en de roep werd telkens beantwoord met een vers uit psalm 24 door de mannenstemmen vanaf het koor. Daarmee was de toon van het eerste deel van het concert gezet: verlangen naar en vertrouwen op Gods hulp en redding — het thema van de Advent.
Vervolgens klonken, afwisselend gezongen door het vrouwen- en het mannenkoor, een negental gezangen voor de Adventstijd, die elk op eigen wijze uitdrukking geven aan de vreugde over de komst van Jezus. De afwisseling van vrouwen- en mannenstemmen droeg ertoe bij dat de boog van de opbouw voortdurend gespannen bleef. Totdat aan het einde van het eerste deel opnieuw de antifoon ‘Ad te Domine Levavi’ klonk, deze keer gezongen door de mannen, en gevolgd door een verrassende, meerstemmige uitwerking van dit gezang door de vrouwen.
‘Hodie Christus natus est’, met Magnificat, gezongen door de vrouwen, vormde het begin van het tweede deel van het concert. En daarmee was het echt Kerst, was er uitbundigheid en vreugde over de geboorte van het goddelijk kind. Gezangen over Maria, de moeder die vol van vertrouwen op God het kind ter wereld bracht, over de grootsheid van de dag waarop dit alles is gebeurd en over het Licht van Christus dat in de wereld is gekomen en dat onvoorwaardelijk schijnt over alles en iedereen. Dit laatste werd extra kracht bijgezet doordat tijdens het afsluitende en gezamenlijk gezongen ‘Puer Natus est in Bethlehem’ het publiek werd uitgenodigd om het refrein mee te zingen. En daaraan werd, zoals altijd, massaal gehoor gegeven.
Om gezondheidsredenen moest onze dirigent Stan Hollaardt deze keer helaas verstek laten gaan en werd de directie overgenomen door Arno Theune, een van onze cantoren. En dat was zeker naar ieders tevredenheid. We waren blij en dankbaar dat we dit concert weer mochten geven, samen met Hanneke van der Grinten en haar enthousiaste vrouwen van Voces Caelestes. Na afloop was er in ‘De Kazerne’ nog een gezellig samenzijn met een drankje en veel stof om over te praten.
Gé Creemers
Zondag 1 december
Eucharistieviering te Wijchen op de Eerste zondag van de Advent
Op zondag 1december zong de Schola Cantorum Karolus Magnus uit Nijmegen in de Antonius Abtkerk in Wijchen.
Om 10:15 uur werden de zangers ontvangen in het parochiecentrum naast de kerk, waar de koffie met een krentenbol klaarstond. Er was gelegenheid om te verkleden en in te zingen. Het liturgieboekje zorgde voor enige onrust, want daar stonden de lezingen van het A-jaar in, terwijl we nu in het B-jaar zitten. Oorzaak: de tekst is van vorig jaar, toen in Cuijk werd gezongen. Er waren voldoende boekjes gedrukt, die keurig door Oda, de echtgenote van een van onze zangers, achter in de kerk werden uitgereikt. Naar schatting waren er 120 kerkgangers aanwezig, die goed meezongen en blij waren met deze prachtige gregoriaanse mis. De opkomst was groter dan op andere zondagen.
Vóór de viering zong de Schola een deel van psalm 24 met de antifoon ‘Qui te expectant’. Na de bel om klokslag 11:00 uur klonk het indrukwekkende introitus ‘Ad te levavi’.
Met dit optreden van de Schola blijft een lange traditie in ere. Al vanaf de oprichting in 1988 zingt de Schola met enige regelmaat op de eerste zondag van de Advent in een kerk ergens in de regio. In 1988 was dat de Groenestraatkerk in Nijmegen, de kerk die in de beginperiode beschouwd kan worden als de thuishaven van de Schola. Zie voor nadere informatie de beide Kronieken van de Schola (uitgegeven in 2003 en 2013).
Deze viering in Wijchen was heel stemmig en sfeervol. Er werd onder leiding van de bekwame en zeer ervaren dirigent Stan op hoog niveau gezongen: zuiver, ritmisch en gelijk. Het ‘Rorate’ als slotlied maakte grote indruk. De vier solisten, ieder met eigen kleur en accent, verdienen een compliment. De kerk beschikt over een goede akoestiek en dat komt de koorklank zeker ten goede.
Na de viering was er opnieuw koffie en tegen de planning in bleef iedereen nog even napraten. Pastor Frits Hendriks nam ook aan het gesprek deel. Dit gezellige moment danken we zeker ook aan Diny van de Zande, gastvrouw van de kerk, die alles uitstekend had verzorgd. Het was een mooi begin van de Advent. Het Gregoriaans, zeker dat van de Adventsperiode, blijft ontroerende muziek met een hoog liturgisch karakter. Iedereen was dankbaar en ging tevreden naar huis.
Koos Leemker
Zondag 15 september
Gebroeders van Lymborchviering, Stevenskerk
Op zondag 15 september zong de Schola in de jaarlijkse Gebroeders van Lymborghviering in de Stevenskerk.
Zaterdag 14 september
Nacht van Goud te Deventer, Lebuinuskerk
De Schola was uitgenodigd op de elfde editie van de ‘Nacht van Goud’ te Deventer. Dat is een zaterdagavond tijdens Open Monumentendag. Er zijn dan op verschillende plekken culturele manifestaties. En heel gestructureerd. Dat werkt ook heel goed. Vanaf 20.30h tot en met 22.00h zijn er vier voorstellingen van 15 minuten op elke plek. Het publiek komt dus op exacte tijd binnen en vertrekt na 15 minuten. De Schola zong in de grote Lebuinuskerk. Wederom een hele eer, omdat wij door inspanningen van Stan Hollaardt bij wijze van primeur de Metten van St. Lebuinus hebben mogen zingen en ze inmiddels ook op meerdere plaatsen hebben uitgevoerd, vooral in Oost-Nederland, de werkplek van Lebuinus. Stan Hollaardt heeft meerdere van deze gezangen in het Antiphonale van Sinte Marie in de Universiteit van Utrecht uit de tweede helft 12e eeuw gevonden en herschreven, en bewerkt (Uu 406). Wij hebben een cd uitgegeven van deze gezangen, samen met een mooi boek geschreven door Gerard Pieters en Stan Hollaardt, in 2016, ten tijde van ‘Deventer 1250 jaar’.
We werden in de kerk heel hartelijk ontvangen. De grote Lebuinus is imponerend en oorspronkelijk, vooral ’s avonds in een zekere leegheid. Achterin, in zijn sarcofaag, waakt St. Radboud, de naamgever van de Nijmeegse Universiteit. De akoestiek is daar grandioos. Ook de mise en scène is prachtig: een rij stoelen in een halve-
maancirkel, en daarom heen een krans stoelen voor het luisterende publiek. De presentatie was intiem en indringend, de zangers allen in benedictijner kovel. Stan Hollaardt gaf bij elk gezang een korte mondelinge toelichting in aansprekend Hollands. Dat is een verademing voor het publiek, daar de grijpbaarheid en bevatbaarheid van een gezang een stuk groter en intenser wordt.
Wij begonnen met ‘Bonorum omnium armis beatus’, een ere-responsorium met Lebuinus als strijder voor het geloof. Hier hoor je echt een ander soort gregoriaans, van een Nederlandse componist (rondom 1200). Het is een lastig gezang om te zingen, als je niet geoefend zou zijn. Het volgende gezang, ‘Fide Deo’, kan opgenomen worden in de Deventer erehaag van spreuken en gezangen. Door Stan Hollaardt getoonzet. Een stuk tekst geschreven door Gualterus Sylvanus, rondom 1615, rector van de Latijnse School. De tekst staat aan de voet van de ‘lantaarn’ van de Lebuinustoren, gebouwd door Hendrick de Keyser: ‘Fide Deo, Vigila, Consule, Fortis Age’, ‘vertrouw op God, wees waakzaam, denk goed na, handel dapper’. Het is een zeer mooie, oproepende en inprentende gregoriaanse melodie. Het zal zeker meer gezongen en gehoord gaan worden! En Stan heeft zich hiermede vereeuwigd!
Wij zongen daarna een norbertijns ‘Salve Regina’. Een gregoriaans Salve Regina behoort tot de uiterst lichte en verheven en ontvankelijke en tedere gezangen, van mens tot mens en tot moeder. Hoewel men dat niet zo gauw gewaarwordt, geeft een Salve Regina een sterke beroering van binnen. Het norbertijnse Salve Regina heeft een aparte plaats in ons Schola-hart. Als laatste ‘Votorum Deus Arbiter’, een hymne ter ere van Lebuinus. De tekst is van ene Hucbald, uit de Vita Lebuini (920). Het gezang bezingt Lebuinus als leider en voorganger in de vroege tijd van de gevaarlijke kerstening in de oostelijke Nederlanden. Lebuinus (Liafwinn) kwam in 760 naar Oost-Nederland en had in Wilp een kapel en religieus centrum. In 768 waagde hij de oversteek van de IJssel en bouwde op de plek van de huidige grote Lebuinus een houten kapel. Hij mocht niet lang arbeiden: in 774 overleed hij te Deventer en werd begraven in of achter de kerk van Wilp.
Edo Fennema
Zondag 23 juni
Vespers van een vluchteling, een zwanenzang?
Petrus Canisiuskerk, Molenstraat, Nijmegen
Ons Vluchtelingenproject belichaamt het streven van de Schola om, conform onze doelstelling, het gregoriaans waar mogelijk te actualiseren: een plaats en een functie te geven binnen onze wereld van vandaag. Het project heet volledig ‘Vespers van de Vluchteling’. Dat duidt erop dat gekozen is voor de vorm van een getijdengebed, de vespers, dus met een aanvangsritus, een hymne, en drie psalmen met bijbehorende lezingen.
Het project is vorig jaar van start gegaan en beleefde afgelopen januari zijn première.
Het project draagt als ondertitel ‘een zwanenzang?’ Dat is cryptisch en tegelijk veelzeggend: gaat het — letterlijk — om de ondergang van de vluchteling, of gloort er hoop aan de horizon?
Onze solisten Arno Theune en Marcel de Ridder zongen de middeleeuwse hymne ‘Clangam filii’, die de hartverscheurende klacht tot uitdrukking brengt van een gevleugelde zwaan die de grote wateren oversteekt.
Ook in de psalmen en antifonen van de vespers klonken thema’s door van de huidige tijd: ballingschap en uittocht naar beloofd land.
Een van de lezingen van de vespers bestond uit fragmenten uit de roman Dit zijn de namen van Tommy Wieringa, waarin de onmenselijke omstandigheden worden beschreven waarin vluchtelingen maar al te vaak verkeren.
In ons midden was Nadeem Kotrob, een Syrische vluchteling. Hij speelde op
zijn buzouk prachtige muziek bij de animatiefilm Smoke, ash and fables van William Kentridge, en tussen de twee tekstfragmenten van Tommy Wieringa.
Zaterdag 8 juni 2024
Hanzefeesten Doesburg
Waan je een dag in de middeleeuwen!
Op 8 juni van 11:00 tot 18:00 uur vormde de Doesburgse binnenstad het decor voor oude ambachten, levende have, marktstalletjes, kampementen en andere middeleeuwse taferelen. Onder de honderden figuranten in middeleeuwse kledij mochten echte monniken natuurlijk niet ontbreken. Zeker niet als ze ook nog hemels kunnen zingen. En zo was de Schola voor het eerst uitgenodigd op dit feest. In kovel trokken we in processie door het oude centrum, zogezegd een rondje om de kerk. Daarbij zongen we onze Litanie van de Vluchteling. Maar ook de Grote of Martinikerk hebben we al zingend betreden. Daar kregen de bezoekers van de Sint-Maarten veldsoep, brood en meloen aangeboden. Verder zongen we uit ons repertoire: Regnantem sempiterna, Salve Regina
(norbertijns), Stella caeli, en de antifoon Ab insurgentibus met psalm.
Ziehier een filmpje!
Zondag 26 mei 2024
Kloostertuinconcert ZIN te Vught
In november jongstleden is de Schola benaderd door Kloosterhotel ZIN in Vught, een spiritueel centrum uit de nalatenschap van de Fraters van Tilburg. Dat contact heeft geresulteerd in een optreden op zondag 26 mei, samen met klassiekpianist Sebastiaan Oosthout en saxofonist Frank Nielander.
Het is een programma geworden van meer dan twee uur, met als thema ‘Barmhartigheid’. Voor de pauze trad de Schola op samen met Frank Nielander. Na de pauze speelde Sebastiaan Oosthout op briljante wijze enkele composities van Franz Liszt.
Paaszaterdag 30 maart 2024
Optreden bij de ruïne van Sint Walrick
Op zaterdag 30 maart, Paaszaterdag ofwel Stille Zaterdag, zong de Schola, gekleed als benedictijner monniken, oude gregoriaanse gezangen bij de koortsboom en de Sint Walrickkapel te Overasselt.
Sedert 2008 treedt de Schola hier op in de Paastijd. Een vaste traditie, even onderbroken door de coronapandemie in 2020 en 2021. Maar nu weer volop levend. Maar liefst 250 mensen woonden het optreden bij. Na afloop bood de Schola aan elke toehoorder een kopje koffie aan in het nabijgelegen Restaurant Sint Walrick.
Die koffie hoort er natuurlijk bij. Helaas is onze financiële positie niet zo rooskleurig meer. Vanaf volgend jaar gaat u zelf uw koffie betalen! De toegang tot het optreden bij de ruïne blijft gratis.
22 februari 2024
Herdenking bombardement Nijmegen 1944
Op 22 februari 2024 was het tachtig jaar geleden dat het bombardement van Nijmegen plaatsvond. Bij de herdenking hiervan was de Schola op tweeërlei wijze betrokken.
In de avond van woensdag 21 februari nam de Schola deel aan een korenpresentatie in de Nijmeegse binnenstad, op speciaal hiertoe gemarkeerde plaatsen. De Schola stond op de hoek van de Broerstraat en de Burchtstraat en zong in de stromende regen enkele passende gezangen zoals ‘Improperium’ en ‘Vox in Rama’.
Op maandag 26 februari, vanaf 13:15 uur, zong de Schola bij een herinneringsplechtigheid op de begraafplaats aan de Graafseweg. Hier werden op zaterdag 26 februari 1944 vijfhonderd slachtoffers van het bombardement begraven. Er was toen een immense erehaag langs het gehele traject vanaf De Vereeniging naar de begraafplaats. Wij zongen op de begraafplaats enkele gezangen uit de liturgie voor de overledenen, ook ditmaal in de stromende regen.
Zondag 21 januari 2024
‘Vespers van de vluchteling. Een zwanenzang?’
Op zondag 21 januari heeft de Schola de ‘Vespers van de vluchteling’ gezongen in de protestantse kerk te Groesbeek.
De aanhoudende crisis rond de vluchtelingen, maar vooral de diepgevoelde compassie met de vluchteling en alle mensen die op drift zijn, hebben de Schola geïnspireerd om verbindingen te zoeken tussen de actualiteit van vlucht en verdrijving en de wijze waarop oude gregoriaanse gezangen uitdrukking geven aan het leven en leed van de vluchteling. Met name de psalmen, waarvan er enkele in de vespers ten gehore werden gebracht, hebben veel te melden over de vluchteling. Hij is een mensensoort van alle tijden.
Het programma in Groesbeek bestond uit gregoriaanse gezangen en teksten uit de moderne literatuur die voorgelezen worden. Een bijzondere plaats wordt ingenomen door het gezang Planctus cygni, de ‘Klacht van de zwaan’, die symbool staat voor zoektocht door het leven van iedere mens en in dit geval specifiek van de vluchteling, die met vele ups en downs een paradijs hoopt te vinden.